Ok, je bent van plan om een boek te schrijven, net zoals ik. Van plan, dat is misschien een groot woord. Het is iets wat je al altijd wou doen, maar tot nu toe nog niet gedaan hebt. Geen tijd, je durft niet, hebt faalangst of wat de reden ook is om niet te schrijven, vergeet ze. Als je wilt schrijven, echt wilt schrijven, dan zal je er toch moeten aan beginnen. Dus wil ik 10 geboden mee geven. Ja, het is misschien pretentieus om zelf als beginnend schrijver maar onmiddellijk te zeggen wat te doen. Maar hé, misschien hoor je het best van een beginneling die de weg heeft afgelegd die jij stiekem ook zou willen volgen. En waarom 10 geboden ? Als je mijn thriller ‘Niets is wat het lijkt. Het witte dorp’ hebt gelezen, begrijp je waarom.
1. Gij zult durven
Wat je ook wilt schrijven : een kookboek, poëzie, een biografie, een boek over je familie, een roman, gelijk wat, durf er gewoon aan te beginnen. Niet morgen, overmorgen of volgende week. Neen, vandaag nu. Tenminste nadat je dit blogbericht hebt gelezen. Wat houdt er je tegen ? Wacht je op het moment dat je veel tijd hebt ? Dat moment komt er misschien nooit. Dus stel niet uit wat je vandaag al kunt doen. Schrijf ! Nu. Subiet.
2. Gij zult tijd maken
Als je wilt schrijven, zal je tijd moeten maken. Dat betekent concreet dat je iets zult moeten opofferen. Iets niet meer doen wat je nu wel doet. Probeer elke dag te schrijven. Een kwartier, tien minuutjes, een halfuur. Jij bepaalt welke tijdspanne. Maar maak tijd. Elk weekend een uur. Elke maand een halve dag. Wat je ook beslist, zonder tijd, kan je niet schrijven.
3. Gij zult een eigen plaats zoeken
Dit wordt dikwijls vergeten, maar maak plaats om te schrijven. Zoek ergens een plek waar je gemakkelijk zit en graag zit om te werken op je computer. Als je een boek schrijft dat veel research vraagt (welk boek vraagt geen research), zal je misschien een eigen bureau of zelfs kamer moeten inrichten om ruimte te hebben zodat je creativiteit en inspiratie op het papier vloeit. (Ja, ik weet het. Er is niet echt sprake van papier, maar het computerscherm waarop je creativiteit en inspiratie vorm krijgt. Alhoewel, uiteindelijk komt het wel op papier terecht. Tenminste als het om een papieren boek gaat en geen luisterboek of e-boek.)

Wil je weten waar andere schrijvers schrijven ? In het boek Where the magic happens. Schrijverskamers van Huib Afman krijg je een blik op de schrijverskamers van Herman Brusselmans, Connie Palmen, Midas Dekkers en vele meer.
4. Gij zult jezelf een doel stellen
Je hebt tijd vrijgemaakt, je hebt een plaats gevonden. Nu moet je jezelf nog een doel opleggen. Moet dit ? Neen, maar het zorgt er wel voor dat je blijft schrijven. Je kan kiezen voor een aantal woorden per dag dat je wilt schrijven of een aantal woorden dat je tegen het einde van de week wilt hebben. Maar je kan ook een einddatum vooropstellen voor je boek. Alhoewel dat niet altijd verloopt zoals je wilt. Mijn einddatum heb ik een aantal keer moeten verschuiven omdat ik steeds weer geconfronteerd werd met nieuwe informatie waardoor mijn verhaal uiteindelijk een heel andere richting is uitgegaan dan ik in het begin dacht. Maar hoeveel woorden per dag is zo de norm ?
Het is moeilijk om over een norm te spreken. Dit verschilt van schrijver tot schrijver. Enkele voorbeelden, maar hou er rekening mee dat deze schrijvers zich vaak fulltime konden wijden aan het schrijven :
- Mark Twain : 1400-1800 woorden per dag (bron: Mijn autobiografie)
- Pieter Aspe : 1700 woorden per dag (bron : interview)
- Harry Mulish : 250 woorden per dag (bron: interview uit 1980) In het interview vertelt Mulish nog meer over
- Stephen King : 2000 woorden per dag (bron: boek Over schrijven en leven met veel tips)
5. Gij zult lezen
Lees. Als je niet leest, dan moet je niet beginnen schrijven. Lezen helpt je de structuur van verhalen begrijpen, hoe je spanning opbouwt, hoe je personages vormgeeft. Maar ook : waar zet je een komma, aanhalingstekens, enzovoort… Plus boeken bieden je inspiratie voor je eigen verhalen. Ze scherpen je fantasie. Boeken zijn middelen om kennis op te doen over je onderwerp. Dus ga naar de bibliotheek, die boekenwinkel of kijk op het internet. En lees.

6. Gij zult kijken
Kijk om je heen. Ook daar ligt er inspiratie te wachten. Een gesprek, een plaats, een gebeurtenis. Alles kan inspiratie geven voor een verhaal. En merkwaardig genoeg ontmoet je soms mensen, kom je dingen tegen die je verder helpen bij je verhaal. Zo was het bij mij toch. Dus kijk rond je. Want wat als je juist dat mist, dat je verhaal naar een hoger niveau tilt. Dat zou jammer zijn.
7. Gij zult noteren
Inspiratie doe je dus overal op. Soms zelfst tijdens de afwas, het schoonmaken of terwijl je in de wagen zit. Op de meest onverwachte moment overvalt je iets dat je kan gebruiken voor je verhaal. Een ingeving, een toevallig gesprek dat je opvangt in een café. Je denkt : ‘ik zal dat wel onthouden.’ Vergeet het, je onthoudt dat niet of toch zelden. Dus zorg ervoor dat je altijd iets bij je hebt om te noteren. Een klein notaboekje. Of Evernote. Een prachtige internettool (of app) waarmee je notities kan bijhouden, ordenen, websites kan onthouden enzovoort…. Ik gebruik de twee : ik heb een notaboekje en Evernote op mijn GSM.
8. Gij zult aanvaarden dat je eerste werkstuk een gedrocht is
Maak je geen illusies. Je eerste werkstuk is normaal niet om aan te zien. Als het anders is, dan ben je een natuurtalent. Mijn eerste werkstuk trok gewoonweg op niets. Veel te langdradig, te uitgebreid, te veel verhaallijnen, niet te volgen. Noem maar op. Het was wel een goede basis om met een nieuw blad opnieuw te beginnen aan mijn huidige boek ‘Niets is wat het lijkt. Het witte dorp.’ Stukken werden gekopieerd en herwerkt, andere delen werden volledig nieuw geschreven. De structuur werd vereenvoudigd. Bij de eerste redactie werd een andere verhaallijn serieus ingekort (de verhaallijn ‘Het verleden’ was uitgebreider). Een boek is een werk van lange adem, vergis je niet. Dus wees niet ongerust als je eerste werkstuk niet onmiddelijk dat is wat het zou moeten zijn. Het is een goeie basis om op verder te werken.

9. Gij zult fouten maken
Je maakt fouten, hoe dan ook. Of het nu in je verhaalstructuur is, bij je personages (had persoon X geen blond haar in hoofdstuk 1 en daarna grijs haar in hoofdstuk 7 ?), in je taal of bij het uitgeven van je boek. Uit fouten leer je. Dus verwelkom de fouten die je maakt, verbeter ze en doe verder. Geef zeker niet op.
10. Gij zult genieten
Geniet van je schrijfproces. Je bent een eigen werkstuk, een eigen wereld aan het maken. Geniet daarvan. Als je het schrijven eerder als een last ervaart dan een activiteit waar je van geniet, dan is het misschien niet echt iets voor jou. Want het komt niet meer terug, de weg die je aflegt van een leeg blad (computerscherm) tot een volledig afgewerkt boek dat je in je handen houdt. Dus geniet !
Dat waren mijn tien geboden voor de beginnende schrijver. Ik hoop dat je er iets aan hebt. Voor meer gedetailleerde adviezen die je verder helpen, schrijf je in op de nieuwsbrief om mijn blog te kunnen volgen.